Hoe bereken je de waarde van een bedrijf?
Het berekenen van de waarde van een bedrijf is een complex proces dat afhankelijk is van verschillende factoren. Hoe wordt de waarde van een bedrijf bepaald, wat kun je verwachten van een waarderingsrapport, en welke stappen zijn hiervoor nodig? Op deze pagina leggen we het proces in hoofdlijnen uit.

1. Context van de waardering vaststellen
De eerste stap is het bepalen van de context van de waardering. Dit omvat vragen zoals:
- Wat is de aanleiding?
Een waardering voor de Belastingdienst, een rechtbank, een investeerder, of een overname kan een andere aanpak vereisen. - Wie is de koper?
De waarde kan verschillen afhankelijk van wie de koper is. Als de koper onbekend is, wordt een waardering opgesteld op fair Market Value (de waarde in het economisch verkeer). Maar als we uitgaan van een specifieke investeerder of een specifiek risico-profiel, dan berekenen we de investeringswaarde van de onderneming. Een strategische koper kan bijvoorbeeld meer waarde hechten aan een onderneming dan bijvoorbeeld een zittende manager. - Wat is de peildatum?
De waarde wordt vastgesteld op een specifiek moment. Veranderingen in marktomstandigheden na deze datum (zoals rentewijzigingen of onverwachte gebeurtenissen) worden niet meegenomen. Dit kan voor behoorlijke andere uitkomsten qua waarde zorgen. - Zijn er bijzondere omstandigheden?
Bijvoorbeeld, een bedrijf in financiële moeilijkheden zal vaak anders gewaardeerd worden dan een gezond bedrijf. Denk hierbij aan een waardering gebaseerd op liquidatie van activa in plaats van continuïteit van het verdienmodel.
2. Methode van waardering kiezen
Afhankelijk van de situatie wordt de juiste waarderingsmethode gekozen:
- Vuistregels of vergelijkbare transacties voor minder complexe situaties of snelle inschattingen.
- Discounted Cashflow (DCF)-methodes voor gedetailleerde waarderingen bij doorlopende bedrijfsactiviteiten.
- Liquidatiewaarde voor waarderingen gericht op activa bij beëindiging van activiteiten.
Voor meer toelichting over de situaties, zie o.a. dit blog. Wil je meer weten over waarderingsmethoden, ga dan naar deze pagina.
3. Kwalitatieve analyse van de onderneming
Een grondige analyse van de onderneming is essentieel. Hierbij wordt gekeken naar:
- De juridische, fiscale en organisatorische structuur.
- Geschiedenis, activiteiten en strategie.
- Economische omgeving en concurrentie.
- Klanten, productieprocessen en technologie.
Om deze analyses samen te vatten kan teruggegrepen worden op hulpmiddelen zoals een SWOT analyse, Business Model Canvas, een Porter analyse of een andere tool. Deze analyse is nodig voor het beoordelen van de prognoses en de vertaalslag naar het bedrijfsrisicoprofiel en daarmee de disconteringsvoet.

4. Kwantitatieve analyse van de onderneming
Een financiële analyse is onmisbaar. Hierbij worden onder andere de volgende aspecten beoordeeld:
- Financiële historie, ratio-analyses en normalisaties
- Trends, uitzonderlijke fluctuaties en uitgaven die zijn gedaan
- Investeringen in het verleden
5. Prognoses beoordelen
Prognoses spelen een cruciale rol in de waardering. De prognoses omvatten:
- De operationele geldstromen
- Investeringen en afschrijvingen
- Netto werkkapitaal en financieringsstromen
- De restwaarde van de onderneming na de prognoseperiode
De realiteit en houdbaarheid van de prognoses moeten overeenkomen met de strategie, trends en marktontwikkelingen. Indien nodig worden aannames aangepast op basis van eerdere analyses. De prognoseperiode moet lang genoeg zijn zodat in het laatste jaar het verdienmodel en het geïnvesteerde kapitaal in balans zijn.
De restwaarde is de waarde van de onderneming na de prognoseperiode en bepaalt een groot deel van de waarde van het bedrijf. Daarom moet er kritisch gekeken worden naar de aannames voor de restwaarde. Is het logisch om een hogere winstmarge dan het marktgemiddelde aan te houden? Hoe lang kan een concurrentievoordeel behouden blijven?
6. Vermogenskostenvoet bepalen
De vermogenskostenvoet wordt berekend en onderbouwd op basis van de gekozen methode en de risico-analyse van het bedrijf. Gegevens voor de kostenvoet van vreemd vermogen of de risicovrije rentevoet kun je vinden in de financiële markten. Denk bijvoorbeeld aan de IEX pagina voor Nederlandse staatsobligaties voor 10 of 30 jaar. Je kunt de kostenvoet voor het eigen vermogen berekenen aan de hand van modellen zoals:
- CAPM voor aandeelhouders die veel verschillende investeringen hebben (volledig gediversifieerd): de Ke= Rf +Be*MRP (bij de WACC) of Ku=Rf +Ba*MRP (bij de APV).
- BDO-model of Build-up model voor de full commitment aandeelhouders. Ke = Rf + Be*MRP + SFP
- Voor kleinere MKB bedrijven kan BDO-model of Build-up model worden aangepast of is de variabiliteit van de kasstroom een indicatie voor de vermogenskostenvoet.
Simpel gesteld (;-)), de kostenvoet van het eigen vermogen is de risico-vrije kostenvoet plus de gevoeligheid van de branche voor de ontwikkelingen in de markt maal het risico van de markt.
Ke = kostenvoet eigen vermogen, Rf is risico vrije rente, Be = de Bèta enterprise, MRP = de marktrisicopremie , de Ku staat voor kostenvoet eigen vermogen (zonder vreemd vermogen), Ba = de Bèta van de activa en SFP staat voor Small Firm Premium.

7. Invullen model en berekenen aandeelhouderswaarde
Alle aannames en analyses worden samengevoegd in een waarderingsmodel. Hieruit volgt de ondernemingswaarde. Om tot de aandeelhouderswaarde te komen worden o.a. ook de waarde van vorderingen en schulden (negatief) vastgesteld, de waarde van het taxshield, eventuele verliescompensatie of extra afschrijvingscapaciteit en de waarde van niet bedrijfsgebonden activa. De aandeelhouderswaarde is een optelsom van al deze waarden.
Als laatste wordt gekeken naar andere relevante aspecten zoals waarde- of prijscorrecties in verband met liquiditeit, zeggenschapsrechten, verrekenbedingen en voorbehouden.
Kosten van een bedrijfswaarde berekening
De kosten van een waardering variëren afhankelijk van de complexiteit. Een indicatieve waardering kost doorgaans tussen de €2.500 en €10.000. Voor zeer nauwkeurige waarderingen gemaakt door een Register Valuator kan dit oplopen tot het dubbele. Simpelere waarderingen, zoals op basis van vuistregels, kunnen goedkoper zijn.
Vaak is een indicatieve waardering ook onderdeel van een verkoop traject. Doordat de informatie die nodig is voor een waardering, ook benut wordt voor het opstellen van een uitstekend informatiememorandum, zijn de kosten een stuk lager.
Bestaat er één echte waarde?
Nee, de waarde van een bedrijf is altijd een schatting, gebaseerd op aannames en analyses. Verschillende adviseurs kunnen tot andere resultaten komen door andere uitgangspunten te hanteren. Bij conflicten tussen aandeelhouders is daarom overeenstemming bereiken over de aannames erg belangrijk. Daarnaast schatten kopers de prognoses altijd minder rooskleurig in dan de verkopers, waardoor hier ook een verschil in waardering van de onderneming ontstaat.
De uiteindelijke prijs wordt meestal bepaald tijdens onderhandelingen, waarbij factoren zoals marktomstandigheden, het aantal geïnteresseerde kopers en de onderhandelingspositie van invloed zijn.